Ontwikkelingen jeugdzorg
De jeugdzorg in Nederland heeft de afgelopen jaren verschillende ontwikkelingen doorgemaakt. In 2015 werd de jeugdzorg gedecentraliseerd en overgeheveld naar de gemeenten. Sinds de decentralisatie is er een toename van de vraag naar jeugdzorg. Dit komt onder andere doordat de zorg toegankelijker is geworden en doordat er meer aandacht is voor preventie en vroegsignalering van problemen bij kinderen en jongeren. De toename van de vraag heeft ook geleid tot lange wachtlijsten voor jeugdzorg en financiële problemen bij gemeenten. Ook de kwaliteit van de jeugdzorg stelt steeds hogere eisen en daarmee ook meer kosten. De kwaliteit van de jeugdzorg is ook in Ommen kwetsbaar. Dat staat los van de kosten die bij minder gunstige financiële tijden zwaar op de begroting kunnen drukken.
"
Provinciaal plan opvang asielzoekers en ontheemden
Met het wetsvoorstel “Gemeentelijke taken mogelijk maken asielopvangvoorzieningen”, bekend als “Spreidingswet”, wil de regering de gemeenten een wettelijke taak geven in het opvangen van asielzoekers. Het wetsvoorstel is geen tijdelijke noodwet maar een permanente regeling voor een nieuw stelsel van asielopvang. Dat stelsel moet er ook voor zorgen dat de opvang van asielzoekers beter wordt verspreid onder de gemeenten, zodat de onderlinge solidariteit wordt bevorderd.
Onderdeel van de wet is een relatief complexe verdeelsystematiek, gekoppeld aan een beloningssystematiek op basis van vrijwilligheid. De inwerkingtreding staat op z’n vroegst gepland op 1 januari 2024. Via de ‘Provinciale Regie Tafels’ (PRT) maken gemeenten in West-Overijssel (en Twente) gezamenlijk afspraken over de opvang van asielzoekers. Vooruitlopend op de inwerkingtreding van de “Spreidingswet” wordt gewerkt aan een provinciaal plan op welke wijze de provinciale opvang opgave wordt vormgegeven. De PRT Overijssel zal in samenwerking met de gezamenlijke Overijsselse gemeenten per regio toewerken naar een provinciaal plan om de opgave vorm te geven. Gezocht zal worden naar een evenwichtige spreiding van de opvang.
Om het plan vorm te geven, worden gemeenten gevraagd hieraan een bijdrage te leveren in de vorm van het beschikbaar stellen of de regie voeren van of over de gemeentelijke opvangcapaciteit van asielzoekers en ontheemden. Het uiteindelijke doel is om toe te werken naar een “Overijsselse Bestuursovereenkomst” waarin per gemeente afspraken worden gemaakt over de opvangcapaciteit.
Daarnaast speelt de opvang van Oekraïense ontheemden ook in 2024. Aangenomen wordt dat de instroom van Oekraïners blijft aanhouden. Vanwege de aflopende huurovereenkomst in 2024 zal tijdelijke huisvesting opnieuw aandacht nodig hebben. Er zal mogelijk gezocht moeten worden naar het vinden/onderzoeken van mogelijke geschikte opvanglocaties voor een langere periode dan gebruikelijk bij de huidige crisisnoodopvang (zes maanden tot een jaar). Dit om van een crisisnoodopvang (CNO) naar noodopvang (NO) en uiteindelijk een echte woning te komen.
Afschaffen abonnementstarief
De beschikbaarheid van Wmo-voorzieningen staat door de stijging van het gebruik onder druk. Vooral de vraag naar huishoudelijke hulp is sterk gestegen sinds de invoering van het inkomensonafhankelijke Wmo-abonnementstarief van € 19 per maand (voor Ommen had dit een stijging van het aantal indicaties met ca. 60% tot gevolg).In het regeerakkoord zijn daarom afspraken gemaakt om specifiek voor de huishoudelijke hulp te komen tot een
‘eerlijkere eigen bijdrage (…) met landelijke normen en met oog voor betaalbaarheid van lage- en middeninkomens’
.
Praktisch betekent dit dat (zoals het nu lijkt met ingang vanaf 1 januari 2025) huishoudens met een inkomen boven 185% van het sociaalminimum (in 2021 was dit ca. € 30.000 voor een alleenstaande AOW-gerechtigde) een hogere eigen bijdrage zullen gaan betalen. Ingeschat wordt dat dit in de loop van 2024 gevolgen zal hebben voor herindicaties en voor nieuwe aanvragen. Daarbij schatten wij in dat het aantal indicaties af zal gaan nemen. Er is alleen nog geen inschatting te geven van de financiële consequenties.